Grazende koeien

“Win-win om lokale klimaatinspanningen te belonen”

Klimaat

|

19 oktober 2022

Nu de laatste rechte lijn richting onafhankelijke certificatie is ingezet, staat niets Claire nog in de weg om flink op te schalen. Als eerste digitale marktplaats in ons land streeft Claire naar een samenleving met een ‘netto-nul-CO2-uitstoot’. Concreet brengt het platform de lokale vraag naar koolstofcompensatie samen met het lokale aanbod in koolstofcaptatie en -reductie. “Melkveehouders hebben een unieke troef in handen. Door koolstof op te slaan in de bodem, maken ze deel uit van de oplossing voor de klimaatproblematiek. Daarbij worden hun duurzame inspanningen voor het eerst gecompenseerd en kan carbon farming een verdienmodel worden”, vertelt Johanna Huylenbroeck, drijvende kracht achter Claire.

Johanna Huylenbroeck

Claire – ‘Clean Air’ – wil landbouwers stimuleren tot duurzame praktijken voor meer CO2-opslag in de bodem. Dat doet Claire door hen een marktplaats aan te bieden en hen zo in contact te brengen met Belgische bedrijven die hun CO₂ binnen België willen compenseren. Nooit eerder werden op die manier landbouwers in ons land gecompenseerd voor de klimaatinspanningen die ze doen. Goed voor de bedrijven die certificaten ontvangen voor hun CO₂-compensatie, voor zij die groene projecten willen realiseren en daarvoor financiële ondersteuning krijgen (carbon credits) én voor de planeet.

Maar allereerst, hoe is Claire ontstaan? 

Johanna Huylenbroeck: “Uit een oprecht engagement om bij te dragen aan een betere wereld. Ik heb altijd al die drive gehad. Na mijn studies agogiek-economie wilde ik voor een Belgisch beursgenoteerd bedrijf werken, en dat is KBC geworden. Maar tegelijk wilde ik in de maatschappij een steen verleggen.

Aan de schoolpoort van de kinderen sprak Joris me aan met een verhaal dat echt wel het potentieel heeft om een steen te verleggen. Joris is bio-ingenieur en werkt in de chemie. Vanuit zijn industriële achtergrond hoorde hij telkens van klanten dat ze wilden zien hoe een bedrijf duurzaam bezig was. Joris is bio-ingenieur en werkt in de chemie. Vanuit zijn industriële achtergrond hoorde hij telkens van klanten dat ze wilden zien hoe een bedrijf duurzaam bezig was. En wat is er nu betrouwbaarder dan met je eigen ogen lokale klimaatinspanningen te kunnen zien? Zo kreeg het idee van Claire vorm, aan de keukentafel, twee jaar geleden. Hij had al twee kameraden gevraagd om mee aan Claire te bouwen en we werden een team van vier. Intussen groeide ons idee organisch uit tot een concreet platform. Een CO2-marktplaats die het verschil wil maken door lokaal én verbindend te zijn.”

Claire gaat dus voor lokaal en klimaatneutraal? 

“Ja, die lokale insteek is altijd de basis geweest. Kijk, de uitstoot van broeikasgassen in België bedraagt ruwweg 100 miljoen ton CO2 per jaar. Als je dat via bossen wil compenseren om een reductie te initiëren, dan heb je al snel een veelvoud van België nodig… Zo is het idee ontstaan om met lokale projecten CO2-uitstoot te compenseren. Op termijn willen we zelfs evolueren van ‘lokaal en klimaatneutraal’ naar ‘lokaal en klimaatpositief’. Een stap verder dus, waar nog wat meer bij komt kijken (lacht). Want dat hadden we in het begin van Claire toch onderschat, hoe complex zo’n CO2-marktplaats in de praktijk is.”

Ligt de weg nu open, nu de ISO-verificatie wordt afgerond, voor het verhandelen van carbon credits? 

“De succesvolle audit, volgens de ISO 14064-norm van de methodiek van Claire, is een belangrijke mijlpaal. Deze internationale standaard biedt bedrijven de nodige zekerheid over onze aanpak omtrent de berekening van de gecapteerde tonnen CO2, alsook over de effectieve realisatie van de projecten. Met andere woorden: het onderstreept ieders geloofwaardigheid op het gebied van klimaatverandering en duurzaamheid.

Koe in de weide

Vanuit Claire zullen we bedrijven nu makkelijker kunnen overtuigen om hun CO2-uitstoot lokaal te compenseren, precies omdat ze hun carbon credits voortaan officieel kunnen inschrijven in de boekhouding. In die zin hopen we dat deze ISO-verificatie zal bijdragen tot een serieuze opschaling. Want je hebt tal van spelers nodig, in verschillende domeinen, om vraag en aanbod op elkaar te kunnen afstemmen.”

Claire werkt op twee fronten: reductie en captatie van CO2. Hoe werkt dat precies?

“Als digitale marktplaats brengen we vraag en aanbod samen. Enerzijds heb je bedrijven en organisaties die hun CO₂ lokaal in België willen compenseren, anderzijds projecten die CO2-uitstoot vermijden, verminderen of vastleggen. Binnen dat aanbod omarmen we zo projecten voor de vermindering van CO2, via gebouwen, technieken en innovatie. Een melkveehouder kan bijvoorbeeld bijdragen door zonnepanelen op zijn stal te plaatsen of te investeren in een pocketvergister. Daarnaast stimuleren we projecten voor de opslag van CO2. Denk aan het vernatten van de natuur of landbouwpraktijken waarbij koolstof in de bodem wordt opgeslagen. Beide fronten van reductie en captatie zijn nodig, want het heeft natuurlijk geen zin om hier te compenseren via opslag, en daar gewoon CO2 in de lucht bij te pompen…” 

“Melkveehouders die aan carbon farming willen doen, kunnen deelnemen met projecten waarmee ze verder gaan dan wat wettelijk wordt opgelegd – wat we bij Claire het additionaliteitsprincipe noemen. Dat betekent dat een melkveehouder enkel die koolstof in rekening brengt die door zijn landbouwtechnieken extra in de bodem wordt opgeslagen, en dus niet de koolstof die er al was. We hebben het zo eenvoudig mogelijk gemaakt om in te stappen, het is niet de bedoeling om de landbouwer ’s zondags nog op te zadelen met extra administratief werk.”

Melkveehouders hebben een unieke troef in handen. Door koolstof op te slaan in de bodem, maken ze deel uit van de oplossing voor de klimaatproblematiek.

Hoeveel kopers van koolstofkredieten telt Claire vandaag? 

“Momenteel hebben we drie kopers: zuivelcoöperatie Milcobel, muziekfestival Tomorrowland en de Sanicole Airshow uit Hechtel-Eksel. Een 20-tal andere klanten zijn al aardig opgeschoven in de procedure, die gemiddeld toch zes maanden in beslag neemt vanaf het eerste gesprek. We kijken ernaar uit om binnenkort enkele mooie namen te mogen toevoegen aan onze lijst kopers. Compenseerders kunnen trouwens uit twee formats kiezen bij Claire: ofwel kies je als bedrijf een project uit onze portfolio, ofwel ga je als bedrijf voor een project op maat, waarbij we vaak meerdere partners betrekken en zo een hefboom creëren waarbij tal van lokale ondernemingen kunnen aansluiten. Stiekem hopen we dat in de toekomst ook gemeentes of zelfs particulieren kredieten zullen kunnen kopen. Maar dat is een complex verhaal, niet voor morgen dus, al staat het op de Claire-radar (lacht).”

Is er ook een groei aan de projectkant? 

“Zeker. Vandaag heeft Claire ongeveer 20 aanbieders van projecten die CO2-uitstoot vermijden, verminderen of vastleggen. In deze portfolio zitten een 15-tal landbouwers met heel diverse projecten, onder wie ook 8 melkveehouders. Als er iets opvalt in de jonge geschiedenis van Claire, dan is het wel het enthousiasme tussen de kopers en de aanbieders. We hebben bewust gekozen voor een één-op-één-engagement, waarbij we de lokale partners echt bij elkaar brengen. Op het certificaat staan ook de namen van beide partijen vermeld. Dat is uiteraard ook om anonimiteit en het doorverkopen van carbon credits te vermijden, maar is in de eerste plaats toch een bewuste keuze voor partnerschap – samen werken aan een betere wereld. Als koper is het ook heel motiverend om te zien hoeveel ton CO2 je na 3 jaar hebt helpen uitsparen.”

Grasklaver
Wat kost een ton CO2 compenseren in België? 

“Bij Claire hanteren we een eerlijke en transparante prijszetting van minstens 60 euro per ton per jaar. Voor dat bedrag kan je als koper écht duurzaam compenseren en lokale versnelling initiëren. Dat is een bewuste keuze, waarbij we altijd gaan voor een engagement voor drie jaar. Zo zorg je trouwens voor een enorme aanzuiging van projecten. Kijk, je kan altijd bomen aanplanten in het buitenland – dat is natuurlijk beter dan niets doen – maar dan creëer je geen lokale impact. Daarom zetten wij zo in op die verbondenheid met het lokale, waarbij we ook het totaalplaatje in rekening nemen: hoe zit het met werknemers aantrekken en behouden, maatschappelijk verantwoord ondernemen… Al die aspecten verklaren mee de prijszetting. We hadden het ons gemakkelijk kunnen maken door gewoon voor CO2-compenserende projecten te kiezen waar je 10 jaar geen omkijken naar hebt, maar dan werk je niet lokaal versnellend en heb je op termijn minder impact. En dat willen we dus niet. Wie via Claire zijn CO2-uitstoot compenseert, doet dat meteen goed. En wie duurzame inspanningen levert, krijgt daar een correcte vergoeding voor.”