Duurzame voeding
Een duurzaam voedselsysteem
Een duurzaam voedselsysteem moet tegemoetkomen aan verschillende aspecten: ecologie, gezondheid, economie en het sociaal-culturele aspect in de hele voedselketen (landbouw, productie en consumptie). Als de balans tussen die verschillende bouwstenen klopt, spreken we van een duurzaam voedselsysteem. Zo’n systeem heeft een geïntegreerde en geleidelijke opbouw nodig en is complex.
Wat is een duurzaam voedingspatroon?
Er bestaan verschillende omschrijvingen over duurzame voeding, en steeds benadrukken ze meerdere facetten van duurzaamheid. De Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO) gebruikt de volgende definitie.
“Een duurzaam voedingspatroon heeft een lage impact op het milieu, draagt bij tot voedselzekerheid en voedselveiligheid en garandeert een goede gezondheid voor de huidige en de toekomstige generaties. Het beschermt en respecteert de biodiversiteit en ecosystemen, is cultureel aanvaardbaar, toegankelijk, economisch rechtvaardig en haalbaar, voedzaam, veilig en gezond en optimaliseert de natuurlijke en menselijke hulpbronnen.”
Een duurzaam voedingspatroon moet dus...
- ... gezond en volwaardig zijn en kunnen voldoen aan de voedingsbehoeften van alle bevolkingsgroepen (gezondheid).
- ... het milieu zo min mogelijk belasten met haar productie (ecologie).
- ... passen in de lokale cultuur (cultuur).
- ... betaalbaar, haalbaar en eerlijk zijn voor iedereen (economie).
Is zuivel duurzaam?
Onderzoek naar duurzame voeding is relatief nieuw en uiterst complex. Talrijke factoren spelen mee. Vandaag wordt vooral naar de broeikasgasemissie gekeken om de milieudruk te onderzoeken, maar ook water-, land- en energiegebruik zijn belangrijk. Verder moet ook de impact op de biodiversiteit, kwaliteit en diversiteit van onze eetcultuur in rekening gebracht worden.
Verschillende Europese onderzoeken komen tot vergelijkbare conclusies: we kunnen de broeikasgasemissie van onze voeding met 25 tot 40% verlagen zonder negatieve nutritionele en financiële gevolgen en zonder al te drastische ingrepen in lokale voedingspatronen en eetculturen.
Dat betekent vooral:
- Niet meer eten dan nodig;
- Meer plantaardig eten (in het bijzonder meer basisvoedingsmiddelen zoals groenten, fruit, volkoren granen en peulvruchten in plaats van afgeleide producten);
- Wat minder vlees, zoetigheden en alcohol consumeren.
Melk en melkproducten bieden een uniek pakket van nutritionele voordelen dat je niet zo makkelijk integraal kan compenseren. Zuivelproducten dragen bij tot een volwaardige voeding die de gezondheid bevordert, is betaalbaar, toegankelijk en maakt deel uit van onze eetcultuur.
Melk en melkproducten hebben, in de juiste verhouding, dus zeker een plaats in een gezond en duurzaam voedingspatroon. Dat bevestigen o.a. de Hoge Gezondheidsraad, WWF Livewell en EAT-LANCET.
Tips om gezonder en duurzamer te eten
Voor minder risico op tekorten, chronische aandoeningen en minder milieubelasting
- Verspil geen voedsel. Wist je dat een derde van het voedsel geproduceerd voor de mens verloren gaat (vooral groenten en fruit)? Koop en kook niet meer dan nodig, bewaar voedsel correct en controleer de houdbaarheidsdatum als je iets koopt in de winkel.
- Eet niet meer dan nodig, dat is goed voor je gewicht en voor het milieu. Vrouwen hebben gemiddeld 2.000 kcal per dag nodig, mannen 2.500 kcal.
- Eet gevarieerd met in verhouding meer plantaardige voedingsmiddelen zoals groenten, fruit, volkoren producten, peulvruchten, noten en zaden. Zuivel, vlees, vis en ei uit je voeding schrappen is niet nodig.
- Geef de voorkeur aan verse en weinig bewerkte voedingsmiddelen en eet zo weinig mogelijk sterk bewerkte voedingsmiddelen.
- Eet zo weinig mogelijk nutriëntarme ‘extraatjes’ rijk aan zout, vet en suiker en beperk alcoholhoudende dranken. Vervang ze door nutriëntrijke opties zoals noten, fruit of yoghurt.
- Kies meer lokale, seizoensgebonden producten die passen binnen een gezond voedingspatroon.