Productie
Welke weg leggen melk en andere zuivelproducten af voor ze in je koelkast terechtkomen? Het proces start bij de melkveehouder en zijn melkkoeien, maar ook andere schakels dragen hun steentje bij. Dankzij Belgisch vakmanschap en expertise is onze zuivel van superieure kwaliteit.
Van gras tot glas
De koe
Het proces begint bij de koe en de voeding die ze krijgt. Melkveehouders stemmen de voeding volledig af op de behoeften van de dieren, want een juiste eiwit-energieverhouding zorgt voor een goede en hoogwaardige melkproductie. Ruwvoer bevat een hoog percentage vezels en zorgt voor de basis: voldoende energie, eiwit, vet, mineralen en vitaminen. Denk maar aan maïs, gras en perspulp van suikerbieten, aangevuld met gewassen die op eigen akker geteeld worden (zoals luzerne), aardappelen, bierdraf en andere restproducten uit de voedingssector en energiewinning.
De melkveehouder vult deze mix aan met krachtvoer dat een hoge energiewaarde omvat. Het krachtvoer bevat ingrediënten als granen, koolzaadschroot (een bijproduct van de olie-extractie op basis van koolzaad) en sojaschroot (een bijproduct van de winning van olie uit sojabonen) van maatschappelijk verantwoorde soja. De koe heeft steeds voldoende water ter beschikking. Zo kan ze haar lichaamstemperatuur beheersen en de melkproductie bevorderen.
De melkveehouder
Melkveehouders zijn onmisbaar in het productieproces. Zij hechten elke dag veel belang aan het welzijn en de gezondheid van hun dieren. Want hoe gezonder de koe, hoe meer melk ze geeft. Eén koe geeft elke dag zo’n 25 liter melk. Vroeger werden koeien met de hand gemolken, maar tegenwoordig krijgt de melkveehouder hulp van de nieuwste technologische ontwikkelingen. De koeien gaan twee keer per dag in de melkcarrousel. Als de melkveehouder over een melkrobot beschikt, kan de koe dankzij deze volautomatische machine zelf kiezen wanneer ze gemolken wordt.
De verse melk wordt in een gekoelde tank bewaard tot de tankwagen de melk komt ophalen, al blijft vaak een deel op de boerderij voor eigen verwerking of voor de kalveren. Die melk wordt uitgebreid getest om de voedselveiligheid te waarborgen. Er wordt bijvoorbeeld nagegaan of er sporen van antibiotica te vinden zijn. Pas als de melk aan de hoge kwaliteitseisen voldoet, wordt de melk voor verdere verwerking naar de zuivelfabriek gebracht. Als de melk onbruikbaar is, omdat ze bijvoorbeeld sporen van antibiotica of andere stoffen bevat, wordt ze niet in de voedselketen gebracht.
De melkverwerking
Melk is het basisproduct voor heel wat lekkers. Afhankelijk van het eindproduct doorloopt de rauwe melk specifieke bewerkingsprocessen. Zo heeft elke melkverwerker zijn eigen recepten voor heerlijke zuivelproducten als kaas, yoghurt, boter enz. Sommige melkveehouders verwerken hun melk zelf tot bijvoorbeeld yoghurt of boerenkaas.
De koelkast
Tot slot vinden deze zuivelspecialiteiten hun weg via de verdeler naar de zuivelafdeling van de supermarkt. Daar vind je ze terug in al hun smaken, vormen en maten. Ook op de markt of in lokale hoevewinkels is het aanbod groot.
De verschillende schakels in de keten worden vertegenwoordigd door een aantal beroepsverenigingen. Boerenbond en ABS (Algemeen Boerensyndicaat) vertegenwoordigen de melkveehouders. BCZ (Belgische Confederatie van de Zuivelindustrie) fungeert als de beroepsvereniging van de zuivelindustrie en MilkBE werd in het leven geroepen om de samenwerking tussen de schakels in de zuivelketen te bevorderen. Dat doet deze brancheorganisatie vooral op het vlak van kwaliteit en samenstelling van de melk, voedselveiligheid, duurzaamheid in de keten en relaties tussen de producenten en de zuivelindustrie.
Daarnaast waarborgt het IKM-certificaat (Integrale Kwaliteitszorg Melk) de goede landbouwpraktijk op het melkveebedrijf, terwijl MCC (Melkcontrolecentrum Vlaanderen) de kwaliteit en de samenstelling van alle rauwe melk die in Vlaanderen geproduceerd en aan de zuivelindustrie geleverd wordt, garandeert.
Tot slot controleert het FAVV (Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen) de Belgische zuivel. Het FAVV wordt in de Europese Unie aanzien als een voorbeeld op het gebied van voedselveiligheid.